Het altaar voor de onbekende god
door Arine van der Bor
Als Paulus in de eerste eeuw na Christus in Athene komt om het evangelie te verkondigen, ziet hij een stad die zeer godsdienstig is. Overal altaren, afgodsbeelden, wijze mannen die eindeloos discussiƫren over allerlei wijsgerigheden (en uiteraard over godsdiensten).
Paulus wordt door de wijsgeren meegetroond naar de Areopagus om iets nieuws te vertellen. Hij begint zijn toespraak door duidelijk te maken dat hij gemerkt heeft dat Athene in elk opzicht buitengewoon ontzag voor godheden heeft. De reden om dit aan te nemen volgt een zin later: Paulus heeft tijdens zijn wandeling door de stad een altaar gevonden met het opschrift: voor de onbekende god. De Atheners nemen het zekere voor het onzekere en dichten met dit altaar alle mogelijke eventualiteiten af.
Bij de stukken voor de commissie Middelen en de gemeenteraadsvergadering zit deze maand het ‘protocol actieve informatieplicht’. Bij het lezen van dit protocol actieve informatieplicht moest ik sterk denken aan het altaar wat Paulus al eeuwen geleden gesignaleerd had. Speciaal bij het laatste artikel, de restbepaling. Hierin staat: “Dit protocol laat onverlet de eigen verantwoordelijkheid van (de leden van) het college en de burgemeester om de raad tijdig, adequaat en volledig (actief) te informeren overeenkomstig de wettelijke vereisten.”
De vijf voorgaande pagina’s vol artikelen die keurig regelen wie wanneer en door wie geïnformeerd moeten worden, bieden blijkbaar niet voldoende zekerheid dat de informatieplicht op de goede manier wordt ingevuld. Nee, er is nog noodzaak tot het oprichten van het altaar voor de onbekende god, alle eventualiteiten moeten worden ondervangen. Begrijp me goed, er is geen enkele reden om tegen informatieplicht te zijn. Waarom het ‘oude’ protocol uit 2004 niet meer voldeed is mij alleen niet duidelijk. Informatieplicht is goed, maar door de restbepaling bekruipt mij toch een beetje het gevoel dat het centrale begrip ‘vertrouwen’ wat weggedrukt wordt naar de achtergrond.